Onderzoek identificatie oorlogsslachtoffers: 4500 militairen uit WOII zijn nog altijd vermist

4500 militairen die omkwamen tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn nog altijd vermist. In het Airborne Museum Hartenstein in Oosterbeek de tentoonstelling ‘Naam Onbekend’ te zien. Die toont hoe onderzoekers proberen om oorlogsslachtoffers hun naam terug te geven. Daarnaast vertelt de tentoonstelling het verhaal van 4 militairen die omkwamen tijdens de Slag om Arnhem.

Militairen brengen Dermod Anderson naar zijn laatste rustplaats op de Airborne Begraafplaats in Oosterbeek.

Militairen van Bergings- en Identificatiedienst Koninklijke Landmacht (BIDKL) nemen bezoekers mee in hun onderzoek. Zo wordt uitgelegd hoe kleding, persoonlijke spullen en moderne DNA-technieken helpen bij het vinden van een identiteit.

Tijdens de Slag om Arnhem in 1944 sneuvelden honderden geallieerde militairen. Veel van hen konden niet meteen worden geïdentificeerd. Nog steeds liggen 172 soldaten begraven op de Arnhem Oosterbeek War Cemetery zonder naam op hun grafsteen. Hun families wachten nog altijd op nieuws.

Zweefvliegtuigpiloot

In de tentoonstelling worden de verhalen verteld van 4 militairen die lang onbekend waren, maar inmiddels zijn geïdentificeerd. Een van hen is luitenant Dermod Anderson. De zweefvliegtuigpiloot maakte tijdens Operatie Market Garden een succesvolle landing. Een week later kwam hij om bij gevechten rondom Oosterbeek. Op 18 september 2024, bijna 2 jaar na de vondst van zijn veldgraf, werd Anderson opnieuw begraven op de Airborne Begraafplaats in Oosterbeek.

BIDKL zette alle mogelijke onderzoekstechnieken in om hem te identificeren. Deze dienst identificeert elk jaar stoffelijke resten van onbekende militairen. Niet alleen uit de Tweede Wereldoorlog, maar ook uit andere conflicten. Dit werk is belangrijk voor nabestaanden, die vaak al jarenlang in onzekerheid leven.

Schrijf je in voor de dagelijkse nieuwsbrief

's Morgens om 7.00 uur in je mailbox.

Abonneren