Ouders moeten volgend jaar waarschijnlijk veel meer gaan betalen voor de opvang van hun kinderen. De opvangorganisaties zijn genoodzaakt hun kosten, bijvoorbeeld voor energie, door te berekenen. Dat bevestigt directeur Emmeline Bijlsma van de Brancheorganisatie
Kinderopvang na een bericht van RTL Nieuws.
De overheid bepaalt elk jaar in maart het tarief waar de kinderopvangtoeslag voor ouders het volgende jaar op wordt gebaseerd. Dat staat nu op 8,50 per uur. Daarvan betaalt de overheid tot 96 procent, de rest is voor rekening van ouders. Het staat kinderopvangorganisaties vrij om zelf meer geld te vragen, en dat extra bedrag is volledig op kosten van de ouders. “En veel organisaties moeten wel boven het tarief zitten, want het bedrag van de overheid is nu al niet toereikend”, zegt Bijlsma.
Bij het uitrekenen van het tarief voor volgend jaar ging de overheid ervan uit dat de kosten van opvangen met bijna 5,6 procent zouden stijgen, door inflatie en door afgesproken loonsverhogingen. Bijlsma: “Inmiddels leven we in november, is de situatie totaal anders, hebben we dubbele inflatiecijfers en een enorme stijging van de energiekosten. Opvangen proberen bovendien om hun medewerkers binnen hun mogelijkheden te compenseren.” Volgens de brancheorganisatie zullen vooral mensen met lage inkomens de stijgende opvangkosten voelen. “Als je het bedrag boven het vastgestelde tarief 100 procent uit eigen zak moet betalen, en dat bedrag neemt sterk toe, dan gaan mensen met lage inkomens relatief meer betalen.”
De Belangenvereniging van Ouders in de Kinderopvang (BOinK) spreekt van een “slechte zaak”. De overheid zou niet volgend jaar, maar nu al moeten zorgen voor een ruimere vergoeding voor ouders. “Als wat de kinderopvang vraagt en wat de overheid betaalt te ver uit elkaar gaat lopen, dan beperkt dat de toegankelijkheid van de kinderopvang”, zegt BOinK-voorzitter Gjalt Jellesma. Met name ouders met lage inkomens komen zo in de knel.