Het Rijk en de overheden in Noord-Oost Nederland gaan zich inspannen om de Nedersaksische taal te behouden en het gebruik ervan te stimuleren.
Daarvoor tekenden Maarten Schurink, secretaris-generaal bij het ministerie van Binnenlandse Zaken namens minister Ollengren, en de regionale bestuurders in
Zwolle daarvoor het convenant voor de erkenning van de Nedersaksische taal. Daarmee spreken zij ook uit dat zij het Nedersaksisch erkennen als een wezenlijke, volwaardige en zelfstandige streektaal in Nederland.
De regionale bestuurders zijn de gedeputeerden Sietske Poepjes (Fryslân), Henk Staghouwer (Groningen), Cees Bijl (Drenthe), Hester Maij (Overijssel), Josan Meijers (Gelderland), wethouder Fimke Hijlkema (Ooststellingwerf) en burgemeester André van de Nadort (Weststellingwerf).
Streektaal
In het convenant is onder meer vastgelegd dat de overheden de inzet op de streektaal meer op elkaar gaan afstemmen om zo van elkaars goede voorbeelden te leren. Ook gaan de overheden kijken hoe ze samen kunnen optrekken richting de Nedersaksisch sprekende regio’s in Noord-West Duitsland en de EU. Verder wordt jaarlijks een bijeenkomst georganiseerd rond een actueel thema, gekoppeld aan één van de streektaalfestivals in de regio’s.
Maarten Schurink: “Eigen taal heeft waarde voor mensen. Zo bindt het Nedersaksisch mensen van Zwolle tot Doetinchem, van Wolvega tot Almelo. Het gaat om meer dan een miljoen mensen. Vandaag zeggen wij tegen hen: we vinden het behoud van jullie streektaal belangrijk.”
Cultuurbeleid
Hester Maij, gedeputeerde cultuur van Overijssel: “Vandaag bevestigen wij met het convenant dat Nedersaksisch leeft, het is een actuele en belangrijke taal voor een groot deel van de inwoners van Overijssel en Noord-Oost Nederland. Toch maken we ons ook zorgen, want steeds minder mensen spreken de taal. Daar willen wij als overheden iets aan doen. Met het convenant slaan we de handen ineen om het Nedersaksisch, onze eigen taal, een sterke impuls te geven.” Naast de gezamenlijk inspanning voor het Nedersaksisch in het kader van het convenant stimuleren de regionale overheden ook via hun eigen cultuurbeleid het gebruik van het Nedersaksisch
Historisch Centrum
De provincie Overijssel heeft met het Historisch Centrum Overijssel afspraken gemaakt voor het behoud en het stimuleren van het Nedersaksisch. Het HCO voert, in samenwerking met de IJsselacademie, programma’s uit voor bijvoorbeeld het onderwijs, in de zorg en bibliotheken. En ‘Het
Twente Hoes’, het nieuwe centrum voor Twentse taal en streekcultuur in Hengelo, krijgt de komende drie jaar subsidie van de provincie. Het is een gezamenlijk initiatief van het Historisch Centrum Overijssel, de IJsselacademie (met Wiesneus, Streektaal in de Zorg en Zunnewende) en Twentaal/Twenteakademie.
Nedersaksisch
Het Nedersaksisch wordt gesproken in Groningen, Drenthe, Overijssel, Noord-Oost
Veluwe, de Achterhoek en in de gemeenten Oost- en Weststellingwerf (provincie Fryslân). Het sluit in taalkundige zin aan bij het Nedersaksisch/Nederduits in Noord-Duitsland.