Leerlingen van het Thomas á Kempis College helpen ook dit jaar de
gemeente Zwolle en
ROVA bij de bestrijding van de
eikenprocessierups. Voor het vierde jaar op rij hebben de leerlingen nestkastjes in elkaar gezet. Docent techniek Klaas-Jan van der Belt is super trots op zijn leerlingen en dit project. ”Met veel enthousiasme zorgen we samen voor een betere leefomgeving. De mezen hebben hun nut al bewezen”. De nestkastjes zijn bedoeld om de natuurlijke bestrijders van de eikenprocessierups, zoals koolmezen en pimpelmezen, aan te trekken. Vanaf 9 januari zijn ruim 250 nestkastjes beschikbaar om op te halen bij de verschillende wijkservicepunten in Zwolle.
Duizendste nestkastjes
Een feestelijk moment was het ophangen van het duizendste nestkastje in de stad. Dit jaar zitten er naast nestkastjes voor de koolmees ook nestkastjes voor andere vogels en vleermuizen bij. Zo draagt dit project bij aan de biodiversiteit. Het hout van de nestkastjes is afkomstig van Zwolse populieren. Binthout heeft het hout verwerkt tot bouwpakketjes voor nestkastjes waarna de leerlingen van het Thomas á Kempis College de kastjes in elkaar zetten. De medewerkers van ROVA zorgen ervoor dat de nestkastjes bij de wijkservicepunten komen waar ze door inwoners kunnen worden opgehaald. “Het is de bedoeling dat de nestkastjes in de buurt van eiken worden opgehangen, zodat de vogels daar op afkomen en gaan helpen bij de bestrijding van de eikenprocessierups. Zo werken we samen met de inwoners aan het vergroten van de biodiversiteit in de wijken”, zegt Erik Bakker, adviseur Groen van de
gemeente Zwolle.
Succesvolle aanpak
Afgelopen jaren heeft Zwolle veel geïnvesteerd om de overlast van de eikenprocessierups te beperken. Bij de aanpak zetten de gemeente en ROVA vooral in op natuurlijke bestrijding. Dat wordt gedaan door het helpen van de natuurlijke vijanden van de rups. Het uitdelen van nestkastjes voor mezen is één van de vele maatregelen die daarvoor gedaan zijn. Daarnaast wordt een ander maaibeleid gevoerd in de bloemrijke bermen en rondom eikenbomen. Door bloemen te laten staan, blijft het gebied onder de bomen voor insecten als de sluipwespen - ook een natuurlijke vijand van de rups - aantrekkelijk. Ook zijn bloembollen geplant in de buurt van eiken. Daarnaast werd er in Zwolle in heel beperkte mate met een biologisch bestrijdingsmiddel gespoten.
Erik Bakker over het succes van de nestkastjes: “Aan het aantal meldingen en de monitoring van de rups, is zichtbaar dat dit een positief effect heeft. De plaagdruk neemt gelukkig sterk af. In heel Nederland is een dalende trend te zien, maar in Zwolle is de daling gemiddeld sterker.” Er volgt volgend jaar dan ook een nieuwe fase in de eikenprocessierupsbestrijding. De situatie in Zwolle is nu zodoende onder controle dat er in 2023 helemaal niet meer wordt gespoten met biologische bestrijdingsmiddelen.
Hoewel de gemeente en ROVA veel doen aan het stimuleren van biodiversiteit om de natuurlijke bestrijding te bevorderen, blijft de inzet van de zuigploegen wel nodig. De kaart waar bewoners de aanwezigheid van de rups kunnen melden, blijft daarom bestaan. Alle rupsen die toch nog overblijven na deze aanpak worden door gespecialiseerde medewerkers met een speciale stofzuiger verwijderd. “We hopen op termijn de inzet van de zuigploegen ook naar beneden te krijgen. Voorlopig blijft die inzet wel nodig om de plaag te beheersen. Ondertussen gaan we door met het biodiversiteitstimulerende maatregelen. Zo zorgen we samen dat inwoners en bezoekers van Zwolle zo min mogelijk last van de rups gaan ervaren”, sluit Roelof Orsel, toezichthouder kwaliteit beheer buitenruimte bij ROVA, af.