Rijkswaterstaat staat klaar voor de sneeuwval en vijf tips om veilig in de sneeuw te rijden

Rijden met sneeuw vergt van een chauffeur extra vaardigheden
Rijden met sneeuw vergt van een chauffeur extra vaardigheden
Foto: Pixabay / Jan-Mallander

Maar liefst 546 strooiwagens met een sneeuwschuiver en 350 losse sneeuwschuivers staan klaar om de wegen sneeuwvrij te maken. Ook staan drie speciale calamiteitenmachines op strategische plaatsen in het land klaar, aldus Rijkswaterstaat.

De calamiteitenmachines komen in actie om eventuele ijsplaten te bestrijden. Deze machines spuiten onder hoge druk een warme zoutoplossing (circa 60 graden) op het ijs en gaan zo de gladheid te lijf. Naast de gladheidsbestrijding neemt Rijkswaterstaat extra maatregelen door inzet van extra weginspecteurs en extra mankracht in de verkeerscentrales. Daarnaast staan op strategische plekken extra bergers opgesteld. Op die manier kunnen weggebruikers die stranden zo snel mogelijk worden geholpen. Hoewel Rijkswaterstaat op tijd begint met strooien is de verwachting dat gladheid vanwege de hevige sneeuwval mogelijk niet helemaal kan worden voorkomen. Evenals de ANWB adviseert Rijkswaterstaat weggebruikers indien mogelijk de reis uit te stellen.

Vijf tips voor het rijden bij gladheid

 1. Houd afstand

Het ligt enorm voor de hand: houd afstand. Vuistregel: halveer je snelheid en verdubbel de afstand tot je voorganger – net zoals je bij mist zou doen. Die extra meters geven je meer tijd en ruimte om te reageren op onverwachte gebeurtenissen. En – niet onbelangrijk – degene achter je ook. Bij invoegen geldt hetzelfde. Neem de tijd en de ruimte om rustig, met gepaste snelheid in te voegen.

2. Kijk ver voor je uit

Kijk ver voor je uit, dan stuur je meestal vanzelf in de goede lijn en zie je eerder welke mogelijke problemen er op je pad komen. En ook dat gaat beter als je niet te dicht achter je voorganger rijdt.

3. Trek rustig op

Soms is optrekken vanuit stilstand al meteen een uitglijder. De banden hebben dan moeite om grip te vinden. Wegrijden in de tweede versnelling kan helpen. Geef weinig gas en laat de koppeling heel rustig opkomen. Doe al je handelingen rustig en met beleid: stuur gelijkmatig, rem

4. Remmen: soms hard

Moet je een noodstop maken, dan wil je dat het ABS (antiblokkeersysteem) optimaal functioneert. Als het ABS werkt, remt de auto maximaal af zonder dat de wielen blokkeren zodat je kan blijven sturen. ABS werkt alleen bij maximale remdruk, oftewel als je het rempedaal tot op de bodem blijft intrappen. Ga dus niet  ‘pompend’ remmen. Schrik niet als het rempedaal onder je voet begint te trillen en je rare geluiden hoort: dat hoort erbij.

5. Blijf alert, ook mét winterbanden

Is het glad door sneeuw en heb je zomerbanden onder de auto zitten, ga dan niet op pad. Met winterbanden kun je eventueel wel de weg op, maar winterbanden zijn zeker geen totaaloplossing voor winterse problemen! Als je twee keer zo hard rijdt, is je remweg normaal gesproken vier keer zo lang. Bij gladheid wordt dat nog versterkt. Winterbanden mogen een kortere remweg hebben dan zomerbanden, als je hard rijdt, wordt dat effect volledig opgeheven.

Vijf tips bij gladheid: bron ANWB

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen