Actieplan tegen dakloosheid: eerst een thuis

Dakloosheid is in veel plaatsen een probleem
Dakloosheid is in veel plaatsen een probleem
Foto: Pixabay

Dakloosheid wordt nu serieus aangepakt. Centraal in het plan staat dat eerst voor een (t)huis gezorgd moet worden voor de daklozen. Over acht jaar mag niemand meer buiten slapen. Er wordt nog eens 65 miljoen euro gepompt, boven op de 385 miljoen, voor maatschappelijke opvang.

Het aantal daklozen is te groot. Tot die conclusie komt staatssecretaris Maarten van Ooijen. ”Daklozen hebben geen plek waarop ze terug kunnen vallen, maar hebben wel een eigen plek nodig waar zij zich thuis kunnen voelen. De verhalen van daklozen grijpen mij aan. Bijvoorbeeld over het noodgedwongen verlaten van je huis door schulden of de enorme drempel die je kan ervaren om aan te kloppen voor hulp. Wat deze mensen met elkaar gemeen hebben is de behoefte eerder gezien en gehoord te worden. Daarnaast is preventie heel belangrijk, zodat mensen überhaupt niet dakloos worden en hun eigen huis kunnen behouden. Daarom is er een fundamenteel andere kijk nodig.”

Uit onderzoek is gebleken dat het terugdringen van dakloosheid het meest succesvol is wanneer rigoureuze keuzes worden gemaakt in het denken over dakloosheid. Daarom zijn voor dit plan zes leidende principes geformuleerd op basis van het gedachtegoed van de wetenschappelijk onderbouwde methode Housing First.

Om tot een fundamenteel andere kijk te komen op dakloosheid moet de bestaanszekerheid worden versterkt, geborgd vanuit het bestaansminimum. Wonen eerst moet zorgen voor een stabiele woonplek voor mensen. Er moet snel worden ingegrepen als mensen thuisloos dreigen te raken, ook moet er aandacht zijn voor jongeren, LHBTIQ+’ers en dakloze EU-burgers.

Er moet ook een integrale aanpak komen van dakloosheid waarbij intensieve samenwerking nodig is.

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen